Windpark Hartelkanaal Op 12 maart 2014 deed de Rotterdamse bestuursrechter uitspraak in een zaak die al veel stof deed opwaaien. De gemeente Rotterdam had vergunning verleend voor het realiseren van acht windturbines van circa 150 meter hoogte in de gemeente Rotterdam, langs het Hartelkanaal. Daartegen hadden 18 belanghebbenden beroep ingesteld. Ze hadden de rechter ook verzocht om een voorlopige voorziening te treffen. Publicatie van het besluit Het plan was en is om een windpark te realiseren nabij het Hartelkanaal. Daartegen is veel maatschappelijke weerstand ontstaan. In het bestuursrecht gelden ook regels voor de overheid: die moet er namelijk voor zorgen dat het voornemen tot het realiseren van zo’n plan bekend gemaakt wordt volgens de regels uit de Algemene wet bestuursrecht. In dit geval was dit niet gebeurd: er was alleen mededeling gedaan in een huis-aan-huisblad dat wel in Rotterdam, maar niet in Heenvliet en Geervliet werd verspreid. Daardoor waren de belanghebbenden te laat geweest met het instellen van beroep tegen het besluit om het windpark te realiseren. De gemeente Rotterdam was van mening dat de belanghebbenden daar niet zo zwaar aan moesten tillen, omdat een en ander immers ook al op de gemeentelijke website gepubliceerd was. Er waren volgens de gemeente dan ook ruime mogelijkheden geweest om kennis te nemen van dit voornemen. Algemene wet bestuursrecht De rechtbank gaat in haar overwegingen uitgebreid in op de omvangrijke jurisprudentie die inmiddels ontstaan is over de juiste manier van publiceren van voorgenomen overheidsbesluiten. In deze situatie heeft de rechtbank geoordeeld dat de gemeente Rotterdam een fout heeft gemaakt bij het publiceren van het besluit: volgens de rechtbank staat vast dat belanghebbenden in de gemeente Bernisse, waaronder in elk geval verzoekers zijn begrepen, met de publicatie van de kennisgeving in de gekozen krant niet konden worden bereikt. Daarom is volgens de rechtbank van het ontwerpbesluit niet op geschikte wijze kennis gegeven als bedoeld in de Algemene wet bestuursrecht. De rechter is daarnaast van mening dat het in deze situatie denkbaar is dat verzoekers zich pas in een zeer laat stadium hebben gerealiseerd dat niet slechts sprake is van gebruikelijke en/of kleinschalige activiteiten aan de overzijde van het kanaal, maar van de bouw van een aantal hoge windmolens op rij, die voor een inbreuk op het woon- en leefklimaat zouden kunnen zorgen. Mede omdat aan de overzijde van het kanaal sprake is van een sterk industriële omgeving, heeft de omstandigheid dat verzoekers niet eerder hebben geïnformeerd naar de aard van de activiteiten niet tot gevolg dat de onjuiste bekendmaking voor hun risico zou moeten komen. Uitspraak van de bestuursrechter De rechter vernietigt het besluit, omdat het mogelijk is dat er belanghebbenden zijn die daarvan ten onrechte niet op de hoogte zijn gesteld. Het betekent dat de gemeente Rotterdam opnieuw moet besluiten over het park. Daarbij moet dan niet alleen het nieuwe bestemmingsplan ter plaatse worden betrokken, maar ook moet opnieuw worden beoordeeld of er een milieu-effectrapport moet worden gemaakt. Voor de initiatiefnemer heeft deze uitspraak dus wel hele ingrijpende gevolgen: er is in ieder geval een forse vertraging in de procedure opgetreden, die zelfs effect kan hebben op de daadwerkelijke realisatie van het windpark. Voor de belanghebbenden is het een mooi resultaat: door het inzetten van een procedureel argument hebben zij voor elkaar gekregen dat het windpark voorlopig niet afgebouwd kan worden. Daarmee winnen ze tijd voor de politiek: met de gemeenteraadsverkiezingen in aantocht is dat mogelijk zeer welkom. En dat allemaal door het niet volgens de regels publiceren van het besluit.